Printerinstellingen
In het venster Printerinstellingen kunt u instellingen opgeven voor een printer die niet op het netwerk staat.
Selecteer een van de volgende adressen voor de printer en klik op Volgende.
- Hardware-adres (Mac). Een LAN-apparatuuradres (ook wel stationsadres of MAC-adres genoemd) is een unieke identifier voor een apparaat.
- IP-adres. Met een IP-adres (Internet Protocol) krijgt elk apparaat in een TCP/IP-netwerk een unieke ID. Het bestaat uit een nummer van 4 bytes (32-bits) dat wordt weergegeven in de notatie n.n.n.n (waarbij n een nummer vertegenwoordigt tussen 0 en 255). Dit nummer wordt meestal door de netwerkbeheerder toegewezen.
Opmerking: als u een printer wilt installeren die zich niet op het lokale netwerk bevindt, raadpleegt u Printers toevoegen aan grote IP-netwerken.
Als u meer informatie wilt, raadpleegt u de onderstaande bronnen.
Woordenlijst voor afdrukken via een netwerk